Fleet test Fiat 500 Hybrid: de omgekeerde beweging

De vorige generatie van de 500 heeft Fiat geen windeieren gelegd. Ondanks een uitzonderlijk lange carrière bleef hij tot aan zijn pensionering als zoete broodjes verkopen. Met zijn volledig elektrische opvolger hoopte het toenmalige FCA dat succes te evenaren, maar dat liep niet helemaal zoals gepland. Niet dat de 500e zelf veel te verwijten valt, want als EV voor trendy stadsbewoners heeft die zeker voldoende kwaliteiten – Fiat-baas Gaetano Thorel noemde hem tijdens de presentatie voorafgaand aan de testritten trouwens “de beste 500 ooit”.

Het prijsverschil met de oude 500 op benzine maakte echter dat vooral particulieren toch voor die laatste bleven kiezen, zeker in thuisland Italië, waar de elektrificering van het wagenpark bijlange nog niet zover staat als bij ons. En dus besloten ze bij Fiat om de Firefly-benzinemotor uit de oude 500 in de nieuwe te hangen. Fiat blijft daarbij koppig de benaming “Hybrid” gebruiken, terwijl het nog altijd slechts gaat om een mildhybridesysteem op 12 volt dat de benzinemotor wel lichtjes ondersteunt, maar het niet mogelijk maakt om zuiver elektrisch te rijden.

Een en ander ging echter niet zonder slag of stoot, want de 500e was natuurlijk ontwikkeld om enkel elektrisch te worden aangedreven. De ingenieurs moesten dus ingrijpende wijzigingen aanbrengen aan de bodemplaat en het motorcompartiment om plaats te vinden voor de benzinetank, de driecilindermotor en de (manuele) versnellingsbak. En in het interieur om de bedieningspook van die laatste, maar ook het koppelingspedaal onder te brengen.

Uiteindelijk zijn ze daarin geslaagd, maar ze hebben het wel gehouden bij de atmosferische versie van de kleine eenliter… die omwille van de recentste uitstootnormen ook nog eens een handvol pk’s moest inleveren en dus niet verder komt dan 65 pk. Terwijl de nieuwe 500 Hybrid een 75-tal kilo meer op de weegschaal zet dan zijn gelijknamige voorganger… (al blijft hij met 980 kg in het huidige autolandschap natuurlijk een lichtgewicht).

En dat heeft natuurlijk een invloed op de prestaties. Zo heeft de 500 Hybrid 16,2 seconden nodig om vanuit stilstand op te trekken tot 100 km/u – en in het geval van de Cabrio zelfs 17,3. Hij voelt zich dan ook het best thuis in stadsverkeer. Zoals in het centrum van Turijn, de thuisstad van Fiat, waar we hem aan de tand konden voelen. Bij lage snelheden op vlakke wegen voelt het ‘bolletje’ zich als een vis in het water. Maar zodra je een stukje bergop moet met twee volwassen inzittenden aan boord merk je toch dat het kleine driecilindertje ook dan flink moet werken.

Hoewel Fiat bij de presentatie de nadruk legde op betaalbaarheid, omwille van de lagere catalogusprijs in vergelijking met de volledig elektrische 500, zal die laatste dan ook toch gunstiger zijn qua TCO, zeker gezien de fiscaliteit voor bedrijven…

Met een prijskaartje vanaf 19.240 euro incl. btw kost de 500 Hybrid bijna 4.000 euro minder dan de 500e. Een verschil waarmee hij wellicht enkele particuliere kopers zal kunnen overtuigen; voor fleetklanten is hij gezien de huidige fiscaliteit immers weinig interessant. Ook het verbruik dat wij optekenden komt de TCO niet ten goede, ondanks de lagere catalogusprijs. Afwachten dus of Fiat de productiecapaciteit van 100.000 500 Hybrids in een volledig jaar helemaal zal kunnen benutten…