Gepubliceerd op 9 september 2025 om 09h00
Door Damien Malvetti

Xavier Martinet (CEO Hyundai Motor Europe): “In 2026 gaan wij in België een nieuw merk lanceren”

Op de IAA in München stelt Hyundai de conceptcar Insteroid voor, een ‘dream car’ die geïnspireerd is op de wereld van videogames en die gebaseerd is op zijn elektrische stadsauto Inster, maar ook een conceptcar met de naam Three, die zeer waarschijnlijk een voorbode is van een toekomstige IONIQ 3, een model waarmee het merk zijn gamma EV’s kan uitbreiden om nog meer fleetklanten aan te spreken. link2fleet maakte van deze dubbele presentatie gebruik om Xavier Martinet, sinds enkele maanden CEO van het merk, te ontmoeten en te praten over de huidige en toekomstige positionering van het merk.

link2fleet: Xavier Martinet, vertel ons eerst eens iets over deze Concept Three, waarvan het woord IONIQ op de achterpartij doet vermoeden dat het om de toekomstige IONIQ 3 gaat.

Xavier Martinet: “Deze conceptcar is inderdaad een voorproefje van een toekomstig model uit onze IONIQ-reeks. De productieversie zal vrijwel identiek zijn aan de hier gepresenteerde Concept Three. Het wordt een auto van iets meer dan 4 meter, wat hem positioneert in het compacte segment, dat erg belangrijk is voor de Europese markt. We hebben dan ook hoge verwachtingen van dit model, dat ons bovendien in staat zal stellen ons volledig elektrische IONIQ-gamma uit te breiden en een leemte op te vullen tussen de kleine Inster en de Kona. Dankzij deze auto zullen we een van de weinige merken in Europa zijn die in alle marktsegmenten een volledig elektrisch model aanbieden. Geen enkele concurrent heeft zo’n breed elektrisch gamma, met de Inster, onze Concept Three, de Kona en vervolgens de IONIQ 5, IONIQ 6 en IONIQ 9.”

l2f: Technisch is dit model in feite een neefje van de KIA EV3. Dat is een SUV, een koetswerkformaat dat de laatste jaren erg in trek is. Bij Hyundai hebben jullie gekozen voor een totaal andere positionering door eerder een coupé aan te bieden. Is dat niet tegen de stroom in gaan?

X.M.: “Het is juist de bedoeling om binnen de Hyundai-groep modellen tussen onze twee merken niet te copy-pasten. Dat is al te zien aan sommige van onze andere modellen, die er heel anders uitzien. We luisteren ook goed naar onze Europese klanten om iets aan te bieden dat aan hun behoeften voldoet. Hier, in het B-segment, wilden we een ruime, moderne auto met een zeer grote actieradius. Met dit coupékoetswerk kunnen we het beste uit de auto halen. Ik kan u beloven dat u verrast zult zijn wanneer we het rijbereik van dit model bekendmaken. Met deze auto willen we klanten ook tonen dat een elektrische auto er ook heel leuk kan uitzien.”

 

Ontdek de Concept THREE in onze video

 

IONIQ, een gamma met betekenis

l2f: We gaan er dus vanuit dat het seriemodel IONIQ 3 zal heten. IONIQ is een gamma waar jullie de afgelopen jaren, sinds de introductie van de IONIQ 5, enorm op inzetten.

X.M.: “Ja, het is een submerk van Hyundai dat bijdraagt aan de bekendheid van ons merk. Vandaag de dag zien we dat klanten in bepaalde markten meer waarde hechten aan IONIQ dan aan Hyundai. De IONIQ-reeks wordt door de klanten echt zeer goed onthaald.”

l2f: Waarom hebben jullie de Inster, jullie kleine elektrische stadsauto, dan niet IONIQ 1 of 2 genoemd? Dat zou logischer lijken.

X.M.: “Daar zijn twee redenen voor. Ten eerste omdat de naam IONIQ alleen wordt gegeven aan voertuigen die in Europa uitsluitend als volledig elektrische auto’s worden verkocht. De Inster is, net als de Kona, die ook niet de naam IONIQ draagt, verkrijgbaar met verbrandingsmotoren. De Kona in Europa, de Inster alleen op andere markten onder de naam Casper. Ten tweede omdat alleen modellen die zijn gebouwd op het E-GMP-platform, dat speciaal is ontworpen voor onze elektrische voertuigen, de naam IONIQ dragen. Dat is niet het geval voor de Inster, noch voor de Kona.”

“De auto, een luxeproduct”

l2f: U zei het zelf al: jullie volledig elektrische gamma is een van de meest uitgebreide op de Europese markt. Wat is jullie strategie op dit vlak voor de toekomst?

X.M.: “We zijn natuurlijk nog ver verwijderd van de gestelde doelen op het gebied van elektrificatie. Maar de Hyundai-groep staat er het beste voor wat betreft de CO2-doelstellingen in Europa. Ons elektrische offensief is goed op gang gekomen. En ik denk dat we met ons gamma echt op de goede weg zijn om oplossingen te bieden die voldoen aan de behoeften van Europese klanten. Zoals gezegd is de Inster bijvoorbeeld op andere markten verkrijgbaar met een verbrandingsmotor, maar in Europa zal hij niet in die configuratie worden aangeboden. Vanwege de beperkingen voor vervuilende voertuigen in stadscentra hebben we ervoor gekozen om dit model alleen volledig elektrisch aan te bieden. We blijven echter brandstofmodellen aanbieden, met name in de belangrijke segmenten B en C.”

l2f: De trend is dat kleine auto’s met verbrandingsmotoren bij uw concurrenten verdwijnen. Gaan jullie deze trend volgen?

X.M.: “De i10 zal in ieder geval niet worden vernieuwd. Waarom? Simpelweg omdat de Europese normen zo streng zijn geworden dat het produceren van deze auto’s veel duurder is dan voordien. Dat blijkt trouwens ook uit de prijsontwikkeling van auto’s in de afgelopen jaren. Tegenwoordig zijn er geen auto’s meer op de markt voor minder dan 10.000 euro. We zouden deze stijging van de kosten natuurlijk kunnen doorberekenen in de uiteindelijke prijs van de auto, maar de eindklant hecht geen waarde aan deze normen. Zeker niet in het instapsegment, waar de prijs een essentiële rol speelt bij de aankoop. Dus ja, op het moment dat ze vernieuwd moeten worden, lopen sommige kleine auto’s het risico om te verdwijnen en deze trend zal zich in de toekomst waarschijnlijk nog versterken…”

l2f: Welk alternatief bieden jullie dan aan klanten in deze segmenten? Dergelijke kleine modellen zijn bijvoorbeeld te vinden in thuiszorgvloten…

X.M.: “De Inster kan een alternatief zijn, maar die is uiteraard duurder. Ik denk dat er een heleboel mensen zijn voor wie een nieuwe auto een luxeartikel zal worden dat ze zich niet meer kunnen veroorloven. Dat is helaas de ontwikkeling van de markt. Aan die klanten kunnen we natuurlijk voorstellen om zich op de tweedehandsmarkt te richten.”

79% van de productie in Europa

l2f: In jullie communicatie benadrukken jullie sterk dat jullie auto’s in Europa worden ontwikkeld en geproduceerd. Hoeveel procent van jullie Europese verkoop vertegenwoordigt dat vandaag?

X.M.: “Ja, het is voor ons belangrijk dat onze auto’s voor Europese klanten op het Europese continent worden geproduceerd. We willen onze klanten laten zien dat we hun verwachtingen begrijpen. We hebben momenteel twee fabrieken in Europa en 79% van onze autoverkoop op Europees grondgebied in 2024 werd daar geproduceerd. Het seriemodel dat voortkomt uit de Concept Three zal worden geassembleerd op de productielijnen van de i10 in Izmit, Turkije.”

l2f: Op de fleetmarkt wint Hyundai voortdurend marktaandeel. Wat is jullie strategie voor deze klantengroep?

X.M.: “Als we even terugblikken op de geschiedenis, produceerde Hyundai zijn allereerste auto, de Pony, in 1975. Vandaag, 50 jaar later, is de groep de derde grootste ter wereld. In Europa staan we op de vierde plaats. De ontwikkeling van ons merk is razendsnel. Dit bewijst dat onze klanten – van oudsher particuliere klanten – vertrouwen hebben in onze producten. Er is geen reden waarom zakelijke klanten die trend niet zouden volgen, vooral omdat onze volledig elektrische producten van zeer hoge kwaliteit zijn. Onze prestaties op de fleetmarkten in bepaalde landen, met name in Europa, bewijzen dat we helemaal gelijk hebben om ons op deze markt te positioneren.”

Genesis, een toekomst bij ons?

l2f: Precies voor fleetklanten beschikt u binnen de groep over het premiummerk Genesis, waarvan al vaak gezegd is dat het naar België zou komen. Hoe staat het daar nu mee?

X.M.: “Genesis presteert momenteel erg goed in de VS. Vorig jaar bereikte het merk een record met meer dan 75.000 verkochte nieuwe voertuigen. Momenteel zijn we in Europa slechts in drie landen aanwezig: Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Zwitserland. We wilden het merk en zijn producten namelijk eerst testen op markten waar veel vraag is naar premiumvoertuigen. Met Genesis willen we ons positioneren als een premiummerk met krachtige voertuigen en een opvallend design. De kwaliteitsindruk van onze modellen overtreft die van sommige gevestigde Duitse concurrenten. Momenteel werken we actief aan een uitbreiding van het merk naar andere Europese markten. En ik kan u nu al verklappen dat België vanaf 2026 deel zal uitmaken van dit avontuur…”

l2f: Laatste vraag: het agentschapsmodel dat door verschillende van uw concurrenten is ingevoerd, overweegt u dat ook?

X.M.: “Helemaal niet. Ik ben overtuigd van de rol van de dealer, met wie we volgens mij moeten samenwerken om nieuwe klanten aan te trekken. De dealer is trouwens erg belangrijk om nieuwe lokale fleetklanten aan te trekken.”

Damien Malvetti

Damien Malvetti, redacteur van dit artikel

Damien Malvetti is opgeleid als journalist en gepassioneerd door wagens, technologie en mobiliteit. Hij is verantwoordelijk voor de redactionele inhoud van link2fleet en beschikt over een uitgebreide kennis van de fleet-sector en elektrische mobiliteit.
Dit artikel gaat over: Invoerders & Constructeurs , Voertuigen
advertisement forum & awards

Gelijkaardige artikels

Link2fleet op YouTube

advertisement Kia
advertisement Ayvens